| 
  • If you are citizen of an European Union member nation, you may not use this service unless you are at least 16 years old.

  • You already know Dokkio is an AI-powered assistant to organize & manage your digital files & messages. Very soon, Dokkio will support Outlook as well as One Drive. Check it out today!

View
 

Kenmerken en functies van Jeugdculturen

Page history last edited by PBworks 18 years, 4 months ago

KENMERKEN & FUNCTIES VAN JEUGDCULTUREN

 

1)KENMERKEN VAN JEUGDCULTUUR

Onder kenmerken van jeugdcultuur verstaan we de typische manier waarop jeugdculturen zich manifesteren.

 

1. Verscheidenheid en snelle verandering:

Er is geen sprake van één jeugdcultuur, maar van een grote diversiteit die voor een deel samen met de maatschappelijke of culturele groep waartoe de jongere behoort. De diversiteit van de jeugdcultuur wordt vaak met het begrip jeugdsubcultuur omschreven. De jeugdsubculturen en de attributen, zoals muziek en kleding veranderen razendsnel.

 

2. Groepsconformisme:

Het verbinden aan een groep, oftewel: groepsconformisme is heel belangrijk voor jongeren, het samenzijn, het groepsgebeuren is immers erg belangrijk voor jongeren. Merkwaardig genoeg heeft dit conformisme de functie van zich te onderscheiden. Bijvoorbeeld het zich onderscheiden van ouderen (het afzetten tegen de vorige generatie) en het zich onderscheiden van andere groepen.

 

Er is sprake van twee soorten invloeden (of vormen van sociale controle) die het conformisme in de hand werken:

 

• De interne controle heeft voornamelijk te maken met de gedragscode die binnen de peergroup heerst. Bijvoorbeeld wie ‘foute’ kleren aan heeft, wordt gebombardeerd tot lul van de week.

• De externe controle heeft te maken met de grote bewegingen van de oriëntatiepunten zoals popgroepen en idolen.

 

3. Maatschappelijke ontwikkeling:

Jeugdculturen ontstaan vaak door ontwikkelingen in de maatschappij of de jeugdculturen spelen in op deze ontwikkelingen. Vaak verzetten jeugdculturen zich tegen bepaalde maatschappelijke ontwikkelingen of ze zijn hier juist een verlengstuk van.

 

Bijvoorbeeld: Antiglobalisten die actie voeren tegen de vertechnologisering en verzakelijking van de maatschappij maar gebruik maken van technische en communicatieapparatuur.

 

4. Extreem:

Jongeren hebben nog steeds de behoefte om de grenzen af te tasten. Meestal leidt deze aftasting van de grenzen tot extreem gedrag. Dit komt tot uiting in het taalgebruik of de kledingkeuze. Deze neiging tot extremiteit is een manier om te zoeken naar de eigen identiteit en te leren omgaan met de onzekerheid in hun leven.

 

Bijvoorbeeld: De jongere gaat grove taal uitslaan of gaat zich heel sexy kleden

 

5. Paradoxaal:

Vaak vind je binnen de jeugdcultuur iets tegenstrijdigs. Ze zijn vaak vernieuwend én conservatief. Grensoverschrijdend én ritualiserend.

 

Bijvoorbeeld: ´punks´ die zich vaak steken in een semi-militair tenue, met soldatenkistjes en camouflagebroeken en tegelijk schoppen tegen alles wat met gezag en militarisme te maken heeft.

 

6. Idealistisch en hartstochtelijk:

Vaak hebben jeugdculturen weinig boodschap aan de realiteit. Dat kan betekenen dat ze zich identificeren met bepaalde idealen of zich er juist tegen afzetten. Dat afzetten heeft vooral te maken met de individualisering van de mens. Bijvoorbeeld we moeten milieubewust zijn, maar het mag niet ten koste gaan van mijn scooter.

 

Bij dit kenmerk behoort ook de verering van idolen of helden Vele subculturen hebben hun eigen idolen en helden.

 

7. Creativiteit en luciditeit:

Jeugdculturen spelen vaak een rol bij:

• het instandhouden van en inhoud geven aan eeuwenoude gebruiken (vb. carnaval).

• nieuwe vormen van kunst. (vb. muziek, theater,... ). Jongeren hebben een groot voorstellingsvermogen. Ze zijn heel creatief en houden van helderheid(luciditeit).

 

8. Mystiek en zoeken naar zingeving:

Dit verklaart de belangstelling binnen de vele jeugdculturen voor religie in welk vorm ook, van traditioneel christelijk of islamitisch tot boeddhisme of esoterie(alles wat slechts voor ingewijden te begrijpen is).

 

9.Experimenteren:

Jongeren die opgroeien zijn nieuwsgierig naar alles wat het leven te bieden heeft. Ze willen van alles geproefd hebben. Ze willen ontdekken wat er te koop is. Daarbij speelt een rol dat het lichaam verandert en de hormonen door het lijf beginnen te gieren. De seksuele gevoelens en de bijbehorende gedragingen zijn totaal nieuw en men wil het ervaren. Het is een grote ontdekkingstocht. Jongeren gaan ontdekken welke middelen en gebruiken bij hen past. Roken, alcohol en drugs zijn ook nieuwe gebieden waar de jongere mee geconfronteerd worden.

 

10. Globaal georiënteerd:

De televisie en het Internet hebben onze leefwereld kleiner gemaakt. Als er nu iets aan de andere kant van de wereld gebeurt, dan weten we dat binnen enkele minuten. Doordat de wereld kleiner is geworden verplaatsen invloeden en uitingsvormen zich wereldwijd. Culturen van verschillende werelddelen zijn toegankelijk en vermengen zich met elkaar.

 

Opmerking:

De wisselwerking tussen autonomie en verzet en commercialisering is geen kenmerk van jeugdculturen maar speelt wel en belangrijke rol bij de ontwikkeling ervan. Jeugdculturen ontstaan vaak als verzet tegen de gevestigde volwassen maatschappij. Maar de commercie weet zich hiervan steeds meester te maken door elementen van de jeugdculturen als amusement tegen betaling aan te bieden. Omdat de commercie zich wil richten op zo groot mogelijke groepen worden jeugdculturen ontdaan van vele specifieke kenmerken, die anderen zouden kunnen afstoten. Bijvoorbeeld : een gabberhousemanifestatie, maar geen (rechtse) politiek.

 

 

2) FUNCTIES VAN JEUGDCULTUUR

 

Onder functies verstaan we de betekenis en de gevolgen die een jeugdcultuur heeft voor

-enerzijds de ontwikkeling van de individuele adolescent

-anderzijds voor de samenleving en groeperingen daarin.

 

Daarom is het goed om onderscheid te maken in de individuele en de maatschappelijke functies van jeugdcultuur.

 

2.1) INDIVIDUELE FUNCTIES

 

1. Losmaken

Jeugdcultuur helpt adolescenten zich losmaken van het ouderlijke milieu en een eigen identiteit te ontwikkelen.

 

Volgens de klassieke ontwikkelingspsychologie kunnen we het volgende onderscheid maken in fasen die een jongere ondergaat:

1.Puberteit: de leeftijd van de seksuele rijping (10-15 jaar)

2.Adolescentie :de leeftijd van maatschappelijke rijping en identiteitsontwikkeling (16- 22 jaar)

 

Er is niet zoveel fantasie voor nodig om te begrijpen dat zowel dit proces van lichamelijke verandering als de losmaking van het ouderlijke milieu en de daarbijbehorende zoektocht naar een eigen identiteit, met een eigen waardenpatroon, over het algemeen veel onzekerheid en zelfs angst met zich meebrengt. Alles, of veel van wat vanzelfsprekend leed, komt op losse schroeven te staan. Als het ene niet klopt, waarom zou het andere dan wel kloppen? Als de wereld niet in elkaar zit zoals de ouders dat hebben voorgesteld, hoe dan wel? Door deze zoektocht komt de jongere op eigen benen te staan en maakt het zich los van het voorgeslacht.

 

2. Experimenteren

Een jeugdcultuur geeft de jongere een veilige, herkenbare omgeving waarbinnen ze hun eigen grenzen kunnen verkennen. Ze kunnen zich meten aan hun leeftijdsgenoten. Dit is belangrijk voor de jongere, omdat het gevoel van eigenwaarde hierdoor versterkt wordt. Ze hebben het gevoel dat vrienden meer begrip hebben dan de ouders.

 

Jeugdcultuur geeft de mogelijkheid aan jongeren om te experimenteren met gevoelens en gedragingen. Denk hierbij aan de seksualiteit, religie, sociale vaardigheden, maar ook aan geweld, drugs en alcohol.

 

3. Omgaan met problemen

Jeugdcultuur geeft de mogelijkheid aan jongeren om te leren omgaan met problemen. Veel jongeren hebben vaak last van eenzaamheidsgevoelens, depressiviteit, zelfdodingfantasieën en een negatief zelfbeeld. Dit kan tot allerlei ernstige problemen leiden van eetproblemen tot extreme agressie.

 

Allerlei vormen van jeugdcultuur (vb. muziek) bieden de mogelijkheid om deze negatieve gevoelens te uiten. Bijvoorbeeld door bepaalde teksten van songs, kleding, …

 

4. Partnerschap

Jeugdcultuur biedt een context voor het zoeken naar contacten met leeftijdsgenoten en het vinden van een partner los van het ouderlijke milieu en aansluitend bij de eigen voorkeur.

 

2.2) MAATSCHAPPELIJKE FUNCTIES

 

1. Vernieuwingsbeweging

Jeugdcultuur kan bepaalde vernieuwingsbewegingen binnen de maatschappij een eigen vorm geven. Vb lid zijn van Greenpeace, petitie laten rondgaan voor Amnestie International.

 

2. Ritualisering en zingeving

Jeugdcultuur kan door zijn voorliefde voor ritueel en zingeving een bijdrage leveren aan het instandhouden van gebruiken en rituelen.

 

3. Experimenteren

Jongeren zijn op zoek naar wie ze zijn. Daarbij hoort ook het experimenteren van diverse stijlen van leven. Jeugdcultuur kan door zijn voorliefde voor experiment en non-conformisme een rol spelen bij vernieuwing en doorbraken van kunst. Veel literaire bewegingen en kunststromingen hebben een oorsprong in vormen van jeugdcultuur.

 

Vb. Gerrit Komrij heeft eens gezegd dat ‘rap de poëzie heeft gered’. Rap kan dan beschouwd worden als een moderne vorm van poëzie. Jongeren kunnen zo hun invloed uitoefenen op literaire- of kunstvormen

 

4. Globalisering

Alles wat er op de aarde gebeurt, is binnen enkele minuten toegankelijk voor ons allemaal. Jongeren zijn gemakkelijk te beïnvloeden. Hypes zijn daarom vaak snel aan de overkant van de wereld.

Jeugdcultuur heeft door zijn globaliserende karakter een rol in het verspreiden van ideeën en gedragswijzen over de hele wereld.

 

 

3)BRONNEN

• MALSCHAERT, H. & TRAAS M., Werkboek jeugdcultuur, thorie en praktijk, Baarn,HBuitgevers,2002, 141 blz.

http://www.vpe.nl/index.php?option=com_content&task=view&id=251&Itemid=94

Comments (0)

You don't have permission to comment on this page.